Waterschuld

Van alle kanten komt het nieuws naar ons toe: er is een watertekort in Frankrijk. Niet zo gek, want het heeft in geen zes weken geregend. Het gras is kurkdroog, in het asfalt van de weg kun je een fata morgana zien en op de carrosserie van de auto is een eitje zo gebakken. Ik zag foto’s van de opgedroogde Loire: een trieste, gebarsten plaggenparade. Sommige dorpen schijnen nu zelfs met tankwagens van drinkwater voorzien te worden.

Om aan het eind van de dag de tuinslang uit te rollen, voelt dus bij voorbaat asociaal. We hebben dan wel gelezen dat je na acht uur ‘s avonds je moestuin mag bewateren, maar ook dat de bloemen géén slokje mogen krijgen. Die moeten opgeofferd worden om water te besparen.

‘Wat moeten de bijen dan eten?!’ vroeg ik retorisch aan F. Want ook over bijen lees je dat ze het moeilijk hebben. Zonder bijen geen bestuiving. Zonder bestuiving een lege moestuin. En zonder moestuin moeten de groenten uit de supermarkt komen, gekweekt in Toekietoekiestan met bergen lokaal water, CO2-uitstoot van duizenden vrachtwagenkilometers, zeemijlen, ijskast-energie en verpakkingsafval. Daar wordt het warmer van, dus droger, dus neemt de druk op de zoetwatervoorraad alleen maar verder toe.

Daarom krijgen de bloemen dus af en toe stiekem een slok. Ik probeer de hoeveelheid te beperken en bijvoorbeeld een dag over te slaan. Maar zodra ik het water de grond in zie trekken, voel ik me toch schuldig. Was dit water eigenlijk bestemd voor de keel van een dorstige Fransoos?

Waarom leven we in een tijd waarin je je bij werkelijk alles wat je doet, linksom of rechtsom je een ploert moet voelen?

‘Je wilt het niet weten,’ zei F. toen hij terugkwam van de supermarkt. ‘De auto’s staan er in de rij voor de wasstraat. De een na de ander is met een hoge drukspuit in de weer. Dat lijkt me pas echt waterverspilling.’

Op de Schaal van Ploerten bleken er ergere exemplaren rond te lopen. Toch ergens een opluchting.

Vanaf morgen gaat het naar verwachting een aantal dagen regenen. Een kleine, broodnodige reset van de hitte en hopelijk ook, al is het maar even, van dat schuldgevoel.

dat de bloemen géén slokje mogen krijgen