Geluk
Ik zat op mijn hurken in de moestuin en prikte gaatjes in de grond voor het klimrek dat tussen een aantal bedden heen loopt. In elk gaatje stopte ik een erwtje en dekte het toe. Het is een van de eerste dingen die ik in een moestuinjaar doe: erwtjes zaaien. Dit jaar was ik laat. Een druk hoofd dat met andere zaken bezig was en telkens dacht dat die erwten ook wel morgen de grond in konden.
Verzopen
Er waren regens geweest, eindeloos veel en eindeloos lang en die hadden ervoor gezorgd dat alle focus op binnen lag, omdat buiten was verzopen. Toen de zon zich dan eindelijk liet zien, ging alle aandacht uit naar lopen. Ik begon al wel wat te snoeien hier en daar, maar liep met een grote boog om de moestuin heen. De confrontatie aangaan, betekende ook dat er een berg werk verzet moest worden.
Lente
Tot ik geen uitweg meer zag en met de erwten paraat naar een bed toe liep. Het was niet veel werk en het was vooral fijn om weer buiten met iets bezig te zijn: de vogels de lente te horen bejubelen, op te kijken naar de forsythia die zo geel is dat je ogen er pijn van doen.
Troost TV
Terwijl ik zo aan het zaaien was, dacht ik terug aan Troost TV, het spontane YouTube-programma van Paul Haenen en Dammie van Geest dat tijdens de coronatijd eerst dagelijks en toen met wat grotere tussenpozen werd uitgezonden. Ik mocht er ‘correspondent Frankrijk’ zijn en deed steevast een rondje door de tuin. Het zaaien van de erwtjes werd een ritueel: het begin van iets om telkens weer naar terug te gaan. Zijn er al stekjes? Klimmen ze al? Bloeien ze nu nog niet? Hangt er al iets in?
Klein geluk
Ik verlang soms terug naar die lockdowns. Niet vanwege het virus en alle ellende die eruit voortkwam, maar vanwege de overzichtelijkheid en de focus op het kleine geluk dat echt wel overal voor het oprapen lag. In Frankrijk was dat makkelijk: met ruimte en uitzicht en een tuin waar je dingen in kunt opkweken om later in het jaar in een risotto te verwerken. Goed om niet uit het oog te verliezen dat wie ruimte in zijn drukke hoofd maakt, dat kleine geluk zo weer in de grond kan stoppen om het langzaam groot te zien worden.